Doorgaan naar hoofdcontent
Hoe heet ze. de ex zangeres van de, eh, hoe heet die groep toch alweer, fugees? En het lied klinkt Stevie Wonderich. Dat zing ik dus al de hele tijd, op de fiets, bij het opruimen, als ik in de nieuwe intermediaire woning voor de zoveelste keer naar mijn sleutels zoek, de trappen afloop, over de hof naar de fiets, op de fiets de hof verlatend naar de korte doorgang en de hoge houten poort die iedere dag zo tegen negen uur op slot wordt gedaan door de Joegoslavische interim portier, en als ik in het licht en verkeerslawaai van de Gneisenaustraat op ga. De piano in het lied rammelt mee als ik tussen de plantebakken tegen het verkeer in het fietsepad op rijd.

En vergezelde me deze morgen op weg naar Staalplaat in Mitte, terwijl ik ook nog eens nadacht over de heerlijke verwarring die is ontstaan nu 'Klimawandlung' de grote hype van het moment is. Ik dacht aan oud testamentische sterrelezers en leverduiders en aan de holografische projectie van Al Gore, die als een opperpriester boven de hoofden verscheen. En ik dacht aan al die spuitbussen die grote gaten in de ozonlaag hebben geblazen...uhuh.

Dan zie ik ineens de Alex, de televisietoren, waarvan de top door mist is omgeven, en naast de mediale echoos van de Zwitserse zondvloed verschijnt ook nog mijn voorbarige conclusie: ("Hee, het regent in Mitte en het is droog in Kreuzberg"). Maar het is droog. Na de hoogtij zomerse dagen een welkome afwisseling, een grijzige stille dag waarin ik de eerste herfstgeuren meen te herkennen; het ruikt naar het nieuwe voetbalseizoen van mijn team; de eerste trainingen, het weerzien na een lange zomer, het nieuwsgierige vorsen van iemands gezicht en lichaamshouding, want meer rijpheid bracht hoop op een superieur seizoen.

Het nieuwe seizoen is uiteraard lang voorbij. Mijn laatste voetbalactiviteiten - een dag in Mei van dit jaar!- duurden twee keer vijf minuten. Toen sloeg de kramp in mijn kuitbeen en bleef daar een paar dagen. Woonde ik in Amsterdam, dan zou ik beslist een dezer dagen op weg zijn naar het Taba veld in de Watergraafsmeer.

Het nieuwe seizoen is hier in Berlijn. Sedert mijn omhuizing naar Kreuzberg, leef ik weer te voet of te fiets en ga in de schaduw van bomen over brede straten, die in Amsterdam grachten zouden zijn.

Populaire posts van deze blog

Ik heb veel kleingeld de laatste tijd, allemaal verdiend bij optredens. Een deel daarvan laat ik uit mijn hand in mijn broekzak glijden. Het is maandag. Ik zou eigenlijk naar Prenzlauer Berg moeten fietsen en op de kopieermachine een flyercompositie maken. Daarvoor heb ik een woord nodig waarvan 'klang' de eerste lettergreep is. Het schiet me niet te binnen. De dag is fris en winderig, enigszins bewolkt. In de gang werkt een electricien. De voorbijrijdende trams fluiten soepel over de rails. De afgelopen nachten hebben de slijpers vonken uit het ijzer getoverd. Ik moet bij de post zijn om het pakje met ontrafelde cassettetape voor mijn klankkompaan Harold in Parijs af te geven. Harold had ik eerder dit jaar in Parijs in het echt meegemaakt. Tijdens een wandeling zag hij een sliert cassetteband die om een lantaarnpaal was gewikkeld. Zijn begoeting ("Ah") vereende verbazing over uitblijvend resultaat met de zekerheid dat met iedere wandeling zijn voorraad tapesalade zou
Inmiddels ben ik in Parijs aanbeland. En dan regent het. Straten reflecteren de neon, de café`s en restaurants gevuld, zit men aan kleine tafeltjes tegenover elkaar. Veel met de metro gereisd; de pas wordt sneller, zelfvertrouwen is een mantel die om je schouders wordt gehangen zodra je onder de grond verdwijnt. Niets dan hoofden en lichamen, ieder kijkt van zichzelf weg. Het Handkeaanse syndroom bekruipt me, te denken welke gedachten er in die hoofden omgaan. Veel gedachten worden verjaagd door geluiden. Veel kleine oorknopjes, kijken, stoppen en weer verder lopen. Verliefd op ieder model van de grote reclamefoto`s. Ik zou naar de Eiffeltoren willen gaan, de Tuilerien, Versailles, plaatsen waarbij je je iets voorstelt. Ik merk dat ik zeker een paar duizend euro per maand op mezelf achterlig; het bord met het kopvlees, de salami ziet er net iets te aantrekkelijk uit. Honger om zeven uur `s avonds en net niet de 12 euro kunnen permitteren. Ik loop en kijk naar de kerstverlichting, de l
Tibor, mijn klankvriend uit Innsbruck is inmiddels weer thuis in zijn warme huis aan de Inn, waar het naar vers gebakken broodjes ruikt. Hij heeft tien dagen lang hier in Schöneweide rondgelopen op zoek naar mensetende termieten en gebouwen met verhoogd instortingsgevaar. Die zijn allemaal gedocumenteerd. In de tussentijd hebben we ook nog nieuwe muziek gecomponeerd. Die tijd had een dermate tussentijdelijk karakter dat hij op mijn vraag wanneer we nu eens eindelijk iets gingen doen, verbouwereerd antwoordde dat we al zeven "songs" hadden. Het zijn er uiteindelijk veertien geworden. Van een der liederen bestaan twee versies. Uiteindelijke som der produkten is dan vijftien. De Cdr waarvan ik nu de covers behandwerk zal tien tracks bevatten plus een selectie van Tibors foto's. De overige klanken heb ik via internet naar vriend Jeff in Bethesda gestuurd. Ze bevielen hem goed genoeg om ze on-line op zijn label zeromoon te publiceren, titel: Diensteingang. Te downloaden hie